Jarenlang ben ik op zoek gegaan naar geluk. Op zoek naar een constante vervulling in mijzelf. Als ik maar genoeg mijn best deed, dan zou ik het vinden. Het aanbod voor bevrijding was divers, maar allen hielden ze dezelfde belofte in: als je dit doet dan krijg je dat. Het lukte mij op een gegeven moment niet meer om daaraan te voldoen, ik gaf het op.

“Ik ben niet goed genoeg”, “het is er niet voor mij” of “het lukt me toch nooit” waren een aantal van mijn schijnbare overtuigingen waarin ik heilig geloofde en die mij in de weg stonden om een gelukkig en vervuld leven te leiden of op zijn minst te kunnen krijgen wat ik zo graag wenste en verlangde.

Deze overtuigingen komen voort uit een zogenaamde ego-structuur die vastere vormen aanneemt wanneer we ouder worden. Het lijkt of we los staan van wat er gebeurt. Het lijkt of we altijd iets moeten doen om onszelf te verbeteren of op zijn minst iets doen om onszelf niet slechter te voelen. Het geluk of de vervulling is niet binnen handbereik, het ligt altijd daar, in de toekomst of het is misgelopen in het verleden. Hoe dan ook, het lukt ons niet om het te krijgen of te behouden. En als dat wel zo is, altijd voor korte duur.

De juiste partner, de perfecte relatie, de succesvolle baan of via de innerlijke weg: de zoveelste cursus in zelfontplooiing. Alles om ons het gevoel te geven dat we er mogen zijn, dat wij er toedoen, dat we worden gezien om wie we zijn. Herkenbaar?

Hierin kan er een punt komen dat je je realiseert dat jouw hele zoektocht, jouw verbeteren van, je niet verder leidt maar juist aldoor weer terugbrengt naar hetzelfde punt waar je nu bent. Je kunt niet ontsnappen aan dat “Wat Is”.